No go area.

Wie denkt dat een survivaltocht maken in Nederland niet kan heeft buiten de Hoekse Waard gerekend. 

Aart van Dragt

Onderweg om een lange wandeling te maken wilde ik niet te lang stilstaan. Vlug scande ik het informatiebord: Het Hoekse Waard Landschap is bezig met een netwerk van wandelpaden. Er leidt een pad van Kuipersveer naar de terp in de Geertruida Agathapolder. Geen kaart noch een aanwijsbord te zien. Maar voor mij een hek over een dam. Daar zal ik wel over moeten.

Vlak voordat ik bij de Oude Maas ben zie ik links in een kreek enkele betonplaten liggen. Aan de overkant begint een soort beverpaadje. Ik besluit een kijkje te nemen. En jawel, daar loopt een spoor, dat moet het pad naar de Geertuida Agathapolder zijn!

Het slingert door een verwilderd griend. In de sloten tussen elke griendakker ligt een keurig bruggetje. Het pad is zwaar overwoekerd door riet en hoge brandnetels . De afgelopen dagen is slechts een persoon mij voor geweest. Moeizaam volg ik het spoor. Ivm mijn blote armen en benen tracht ik de brandnetels te ontwijken. Er lijkt geen eind aan te komen. De bruggetjes heb ik al lang achter mij gelaten. Het is een ware jungletocht, ik mis alleen een kapmes.

Eindelijk kom ik op een afgelopen winter gekapt wilgenakker. Hier staat het onkruid laag en kan ik vrij snel doorlopen. De Geertruida agathapolder kan niet ver meer zijn. Maar aan het eind van de kapvlakte begint weer het verwilderde griend en hoe ik ook zoek er is geen pad meer te vinden. Aarzelend probeer ik mij een weg door de wildernis te banen. De voorzichtigheid van het begin heb ik allang afgelegd. Maar brandnetels, bramen en omgewaaide bomen versperren de weg. Onder dit groene dek liggen sloten verborgen. Ik loop hartstikke vast. Uiteindelijk vlucht ik richting rivier. Aan de oever gekomen ga ik over gladde basaltblokken moeizaam voorwaarts.

De Geertruida Agathapolder kan toch niet ver meer zijn. Het lopen over de natte blokken is gevaarlijk. Nog steeds geen graspolder. Soms probeer ik over land verder te gaan maar loop telkens vast. Eindelijk zie ik de Geertruida agathapolder maar ze ligt aan de overkant van een brede kreek! Weer het griend in, worstelend door het wilde gewas kom ik bij een plek waar ik het waag de kreek over te steken. Nu weer door griend richting de verlossende polder. Maar aan de bosrand gekomen ligt er nog een diepe sloot tussen! Die kom ik nooit droog over. Dan nogmaals proberen het griend dwars door te steken.

Dichte bossen brandnetels en bramen van twee meter hoog. Na enkele meters zit ik muurvast in het taaie onkruid met mijn benen verstrikt in de verborgen takkenbossen. Dan maar terug naar de sloot. Half glijdend kom ik bij de sloot uit. Te diep en te breed. Maar er is geen alternatief. Met een stok peil ik 70 cm diepte. Met schoenen en al loop ik naar de overkant en klauter moeizaam op de oever.

Eindelijk ben ik in de Geertruida Agathapolder. Iets verder ligt de terp. Op de terp staat een bordje dat het terrein dat ik zojuist heb verlaten een kwetsbaar gebied is en dat daarom de toegang niet is toegestaan. Had het ook aan het andere eind gezet! Als ik van de terp naar de dijk loop zie ik een aanwijsbordje dat richting Kuipersveer wijst. Het is een pad over de grasdijk!

Bij de Barendrechtse brug gekomen staat daar hetzelfde informatiebord als bij Kuipersveer en nu neem ik de tijd en lees ik het wel volledig en begrijp dat vrijwilligers van het Hoekse Waard Landschap een stukje van het griend kappen omdat de radarposten van de Oude Maas anders de bocht in de rivier niet kunnen overzien. Vandaar het pad met de bruggetjes. Mijn lesje heb ik vandaag geleerd en met soppende schoenen en tintelende benen ga ik huiswaarts. Mijn oma zei: Met brandnetels bestrijd je reuma. Ik heb genoeg gehad voor een lang leven zonder rimmetiek!